De eerste graven van Bentheim

Kruistochten en de slag bij Ane

De eerste vermelding van een kasteel in Bentheim is uit 1116, waarbij melding gemaakt wordt van de verwoesting van het kasteel door de Saksische hertog Lothar van Süpplingenburg.
De eerste met naam genoemde bewoners van het kasteel Bentheim zijn Otto van Rhieneck en zijn vrouw Gertrud von Northeim. Of er toen al een graafschap bestond, is onduidelijk. Zijn enige zoon werd in 1149 vermoord, zodat zijn bezit overging naar zijn dochter Sophia, die trouwde met graaf Dietrich IV van Holland. De graafschap Bentheim bleef in het bezit van deze Hollandse graven tot 1454.kruistocht-leeuwenhart

De eerste echte ‘graaf van Bentheim’ is de zoon  van Dietrich, graaf Otto I van Bentheim. (ca. 1140 – 1209). Hij nam als
ridder deel aan de derde kruistocht van 1189/1190, onder leiding van de Engelse koning Richard Leeuwenhart. In die kruistocht vochten de kruisvaarders tegen de legendarische Salladin, die een paar jaar daarvoor Jeruzalem had veroverd (een gebeurtenis die in de film ‘Kingdom of Heaven’ uitgebeeld wordt).

De opvolger van Otto was diens tweede zoon Balduin . Door tijdgenoten wordt hij als volgt beschreven: “Dese Baldewijn was een vrome, lieftalich ende godfruchtich man” . Ook Balduin nam deel aan een kruistocht, en wel aan de vijfde. Deze kruistocht, waarin veel Hollandse en Friese ridders deelnamen, eindigde in een jammerlijke mislukking. 13.02.17.Kingdom-of-Heaven-JeruzalemNa de verovering van Damiate, een strategische stad in het huidige Egypte in 1219, stelde de overwonnen sultan voor om Damiate te ruilen voor Jeruzalem.
De meeste kruisridders waren ingenomen met dit voorstel, maar de pauselijke afgezant Pelagius weigerde. Niet door onderhandelingen maar door strijd moest Jeruzalem worden ingenomen. Toen Willem I van Holland dit hoorde ontstak hij in woede en stuurde zijn vloot terug naar huis.

Enkele jaren later, in 1227, nam Balduin deel aan de legendarische ‘Slag bij Ane’ (Ane is een dorp in de buurt van Hardenberg) . Hij was één van de ridders in het machtige ridderleger van de bisschop Otto van Utrecht, uitgerust met zware harnassen en een grote hoeveelheid blijden, kruisbogen en ander oorlogstuig. Die uitrusting kostte meer dan alle andere oorlogen van de bisschop bij elkaar.
Het leger van de tegenstander Rudolf van Coevorden bestond daarentegen merendeels uit lichtbewapend Drents landvolk. Zelfs vrouwen vochten mee. De Drenten die wisten dat zij met hun grotendeels ongeoefende legertje een slag in open veld tegen zo’n zwaar uitgerust leger nooit zouden kunnen winnen, lokten welbewust een gewapend treffen uit in een moerassig gebied. De paarden van het bisschoppelijke leger zakten in de zompige grond weg en de ridders met hun zware harnassen konden zich hier niet op eigen kracht uit redden. Op dat moment vielen de Drenten aan. ane-monumentMet pijlen, speren, messen en knotsen maakten ze korte metten met de vijand. Vrijwel het gehele bisschoppelijke leger werd hierbij genadeloos afgemaakt.
Balduin van Bentheim was één van de weinigen die de slag overleefde en gevangen genomen werd. Nadien leefde hij nog vele jaren en stichtte onder andere nog het klooster in Wietmarschen.

In Ane is een monument opgericht ter nagedachtenis aan de slag, bestaande uit een aantal grote zwerfkeien met een inschrift in het Drents: “Slag bi’j Aone, 28 juli 1227, zie vocht’n ok veur oenze vri’jheid”.

 

 

Dit artikel komt van vlag-NL
© 2016 Bentheim.Info
www.bentheim.info

Please wait while you are redirected...or Click Here if you do not want to wait.